Inkomende van gedachten van
de niet materiële wereld.
Sessie nr
6 van 20 juli 2025 – origineel Nederlands.
Plaats : Mezzaverde in Spanje en België.
Bezoeker : Christus Michael – Soeverein van ons plaatselijk
universum Nebadon, gelegen in Superuniversum nr 7 Orvonton – beter gekend als Jezus van Nazareth.
Ontvangen door Wivine.
Kommentaar :
Er waren een paar dingen nog
onduidelijk voor mij en dat was :
1)-het deed
de ronde in de kringen van de Urantia Boek lezers, dat als je dit boek volledig
doorleest, liefst meerdere malen, het je ziel een voorsprong gaf op diegenen
die dat niet deden. Er wordt ook in de verhandelingen die specifiek handelen
over de Gedachtenrichter of het God Fragment
gezegd dat deze constant ons sterfelijk bewustzijn
aanspreekt en daar zou inwonen.
Dit wordt echter tegengesproken in verhandeling nr 1 De Universele
Vader, waar gezegd wordt :
1:7.6 (31.6) De ondeelbaarheid van
persoonlijkheid verhindert God niet zijn geest (God
Fragment) te schenken om in het hart
van stervelingen te wonen.
2)Ligt er waarheid achter het
verhaal van het duiveltje en het engeltje die ons gedachten in het hoofd
fluisteren om ons te beďnvloeden ? Als dat zo is, kunnen wij gewaar worden dat
dit niet onze gedachten zijn?
Wivine.
Jezus :
Er is een
groot verschil tussen het zoeken naar Waarheid met je hart dan met je verstand.
Ieder
mens heeft neiging om zich een mening te vormen over geestelijke ‘Waarheid’ met
zijn verstand. Zeker academici en intellectuelen. Ze willen alles enkel en
alleen begrijpen met hun verstand. Ze zijn dan iedere keer overtuigd van hun
‘eigen’ waarheid. Dat die overeenstemt met de Goddelijke Waarheid, is een
andere zaak.
God heeft
de mens een hart gegeven, een vrije wil, een brein
en een bewustzijn.
Als de
mens enkel met zijn intellect een geestelijke vraag wilt oplossen, zonder
liefde te voelen voor God of zijn medemens, dan zullen zijn redeneringen
nauwelijks ‘Waarheid’ bevatten. Want ‘de Waarheid’
komt van God en kan alleen opgenomen worden door het God
Fragment dat in het hart van
de mens woont. Vandaar wordt het dan doorgegeven
aan het menselijk brein.
Dat geldt
ook voor ‘Wijsheid’ die u krijgt van uw God Fragment en de Hogere
Orden van Geestelijke Wezens.
Goddelijke
Waarheid en Wijsheid wordt niet rechtstreeks aan het fysieke brein doorgegeven.
Het God
Fragment dat een deeltje van God is, en dus de ‘Zuivere Waarheid’ kent en
doorgeeft, huist wel degelijk in het hart van de mens, daar waar alle
menselijke gevoelens beleefd worden.
Een
gedachte ontstaan in het hart, afkomstig van de inwonende
Goddelijke Geestvonk of Gedachtenrichter, zal ook altijd waarachtig
aanvoelen.
Hoe
inniger een mens God en zijn medemens lief heeft, des te duidelijker zullen de waarheden
zijn van het God Fragment. Waarheden die vanuit het hart opstijgen naar het
brein en sterfelijk bewustzijn van de mens.
Het
verstandelijk denken is een functie van het menselijk lichaam. Het benut de ‘universum energie’ die naar alle mensen
toestroomt, dus ook naar die mensen die absoluut niet of nauwelijks tot liefde
in staat zijn
Er moet
dus een onderscheid gemaakt worden tussen verstandelijk denken en het denken
met het hart.
Alleen
het denken met het hart kan “Waarheid” naar
boven brengen naargelang de graad van Liefde. Alleen de graad van ‘Liefde’ is belangrijk.
Hoe hoger deze ‘Liefde’, hoe meer Goddelijke Wijsheid er kan overgedragen
worden door het God Fragment.
Dat is
niet het geval bij het zuiver verstandelijk denken, waarbij er geen hart of liefdegevoelens
aan te pas komen. Het kan zeker en vast gebeuren dat het ‘goddelijke waarheid en wijsheid’ bevat, maar dat
is eerder de uitzondering dan de regel.
De mensen
denken en geloven dat iedere gedachte in de hersenen ontstaan omdat ze niet
weten hoe ‘Geestelijke Waarheid’, in het bewustzijn
van de mens terechtkomt.
Van daar
het waanidee dat hoger geschoolden, intellectuelen, denktanks, filosofen, wetenschappers,
vanwege hun hogere verstandelijke vermogens, ‘Geestelijke Waarheid’ veel beter zouden
kunnen ontvangen en begrijpen.
De
‘gedachte’ die voortkomt uit het hart moet na ontvangst nog geleid worden naar
de hersenen.
Dit
vraagt oefening. Een liefdevol mens, die liefde voelt voor God en medemens, die
geestelijke waarheid zoekt, zal dat vermogen ontwikkelen door zijn goede daden,
door zijn liefde voor De Vader, door in meditatie te gaan of in de stilte om
met God in contact te komen.
Totdat het
hart, waar de geestelijke gedachten binnenstromen, op termijn de overhand zal nemen
over de hersenen en het denken en handelen van de mens volledig zal beďnvloeden
.
Het
zuiver verstandelijk denken is geen garantie voor goddelijke waarheid en
wijsheid, zeker niet bij hen die geen liefde kunnen geven, die God niet willen
kennen. God geeft Zijn Waarheid en Wijsheid enkel door aan hen die werkelijk
liefde in hun hart hebben en liefdesdaden verrichten.
Een ziel
kan pas het hoogste geestelijk niveau bereiken dat mogelijk is in een kort
mensenleven, als die mens in zijn hart God kent, liefheeft en dit bewijst door
zijn acties. Dan zet de mens ook de deur groot open voor het rechtstreeks ontvangen
van Gods zaligheden, Zijn Waarheid en Wijsheid.
Zij die
God niet kennen, die wel liefde in hun hart voelen voor hun medemensen en daar
naar handelen, zullen zeker en vast ook geestelijk evolueren. Enkel een beetje
trager omdat ze de deur voor Hem niet openzetten in hun hart. God dringt zich
nooit op, het is aan u om de deur te openen en hem uitdrukkelijk uit te nodigen
om binnen te komen.
2)-De
mens wordt ook overspoeld door gedachten en ideeën afkomstig van de hogere en
lagere geestelijke wereld. Je kan het vergelijken met het duiveltje op je ene
schouder en het engeltje op de andere.
De mens wordt
blootgesteld aan de irradiatie of het aanstralen
van geestelijke gedachten die hun oorsprong hebben in het ‘Licht’ en in de
‘duisternis’.
De vrije
wil van de mens laat hem toe te kiezen welke gedachten hij (elektromagnetisch) wilt omarmen. Die van het ‘Licht’ of
die van de ‘Duisternis’??
Het
denkvermogen van de mens kan in werking treden bij elke soort van geestelijk
aanstralen.
De mens
omarmt de binnengekomen gedachten die hem bevallen en wijst wat hem niet bevalt
af. Als de mens gekeerd is naar het ‘Licht’ door de liefde in zijn hart, dan
zal hij de binnengekomen gedachten afkomstig van het ‘Licht’ als gelukzalig en
aangenaam ervaren en die van de ‘duisternis’ als onaangenaam en bijgevolg wegduwen.
Een mens
die zijn zoektocht naar geestelijke waarheden pas begint kan twijfel ervaren,
een soort tweestrijd beleven en soms de valse ‘wijsheid ‘ van de duisternis
aannemen. Dat verdwijnt naarmate zijn wil volledig naar het goede is gekeerd en
Gods aanwezigheid volledig ervaart.
Zulke
mensen zullen dan nog enkel mededelingen of gedachten ontvangen afkomstig van
het Lichtrijk. Zij zullen zich hoe langer hoe meer met geestelijke zaken bezig
houden en veel minder belang hechten aan het wereldse.
Het is op
die manier dat de ziel van de mens geestelijk groeit.
Er zijn
mensen die zich ervan bewust zijn dat niet alle gedachten die in hen opkomen
ontstaan uit hun eigen denken. Soms hebben ze de indruk dat ze geleid worden om
in een richting te denken door de geestelijke helpers die hen bijstaan en
anderen weten pertinent dat ze bezig zijn met de duisternis.
Besef
goed dat de mens kan niet gedwongen worden om onder invloed te staan van het
ene of het andere. Het is de mens die met zijn “vrije
wil” vrij kiest welke
gedachten hem bevallen en naar zich toe wilt trekken. En dat gaat zeer vlug.
Het is
duidelijk dat als een mens zich sterk heeft verbonden met God, zich eerder zal
aangetrokken voelen door de denkbeelden van die ‘Lichtwezens’ die daarvoor
opgeleid werden. Zij zullen er dan ook over waken dat deze godlievende mens
niet ten prooi valt aan de ingefluisterde gedachten van de duisternis.
De mens
die Godlievend is, met God communiceert via meditatie of door in ‘stilte’ te
gaan, zijn medemens onbaatzuchtig helpt, stelt zich juist in staat om
geestelijke richtlijnen te ontvangen en een toevloed op te nemen van
geestelijke gedachten en krachten, afkomstig van het ‘Licht’
Duistere
gedachten en krachten zijn aantrekkelijker voor materialistisch , atheďstisch
denkende mensen en mensen met weinig ‘Ziels-Licht’. Zij zijn diegenen die het
bestaan van God in twijfel trekken, als onbestaand of behorend tot fantasialand
bestempelen. Bij een mens met zulke meningen heeft de duisternis eigenlijk al
gewonnen, meer hoeft die niet te doen. Want zulk een mens, die de deur voor God
heeft gesloten, kan ook Gods ‘Licht’ met al Zijn Waarheid en Wijsheid niet
ontvangen.
Tot ziens,
mijn kinderen. Ik hoop dat dit meer klaarheid heeft gebracht.
Einde.
MEZZA VERDE GROEP.
Voor
meer uitleg over de woorden in blauw zie het
Urantia Boek.